De eerste twee dagen

Een infuus is aangelegd. Elk uur volgt een vingerprik om de glycemie te meten, de monitor geeft alarm, een verpleegster lost dit op, draden zitten in de weg.

Zakdoeken bij de vleet, ik hoop dat ik droom, wat gebeurt hier, dit kan niet…

Iedereen op de hoogte brengen, we zijn in het ziekenhuis, ’t is diabetes, we zijn hier goed ontvangen, we waren er op tijd bij, ze zeggen dat het goed komt.

Honger…nee er mag niets gegeten worden…mama en papa vasten mee…we hebben toch geen honger… Misschien een heel klein slokje water?

Het zetelbed opmaken…ze krijgen mij hier niet buiten…papa vertrekt huiswaarts…

De nachtverpleegster stelt zich voor…prikken om de twee uur…monitor geeft alarm…er wordt geprikt…monitor geeft alarm…er wordt geprikt…infuus zit niet meer goed…infuus controleren…infuus opnieuw steken…naar de onderzoekskamer…waar zitten die aders…dokter van wacht wordt opgebeld…waar zitten die aders toch…gevonden!…terug op de kamer…prikken…monitor….uitgeput de ochtend in… Helse nacht.

‘Mevrouw, wil je mee volgen hoe we de boterhammen wegen?’, vraagt de verpleegkundige. Ik excuseer me en antwoord dat ik de uitleg nu toch niet ga vatten na zo’n nacht. Geen probleem, want alles zal herhaald worden.

De insulinepen wordt geïntroduceerd. Er wordt getoond hoe die werkt en het eerste shotje wordt gegeven. Het valt goed mee, het doet geen pijn.

Info wordt op de kamer gebracht, de ene bundel na de andere wordt ons gepresenteerd. We krijgen een afsprakenblad. We hebben een volledig team ter onzer beschikking: kinderarts, diabetesverpleegkundige, diëtiste, sociaal werker, psycholoog. En er volgt uitleg, veel uitleg…en we hebben het over koolhydraten…en koolhydraten…en… .

En dan is het terug etenstijd.

We leren hoe we de maaltijd moeten afwegen. Jits moet inschatten hoeveel ze gaat eten, de hoeveelheid afwegen en op die manier leren berekenen hoeveel insuline er moet gespoten worden. Het is een spel van potjes en grammetjes…pff…moeten wij dit voortaan altijd doen? Wat een gedoe! De glycemie moet gemeten worden. En dan moet de insuline nog ingespoten worden en is het eten koud. We kunnen de maaltijd wel bijwarmen. En zo gaat het maar door…

s’ Avonds wordt de insulinepen klaargezet en vraagt de verpleegster als de mama die misschien wil zetten. Onder het motto dat ik dit toch ooit moet doen raap ik mijn moed bijeen. Ik vraag aan Jits op welke plaats ik mag prikken. Ik neem de huid zachtjes samen en aarzel. Jits begint te lachen…’alé mama prik dan toch, ik voel dat toch niet’. Ok, daar gaan we…gelukt! Nadien wordt ik nog uitgebreid uitgelachen omdat mijn stijl meer leek op darten.

Ik voel me ferm gejost…mijn studiekeuze om ergotherapeut te worden draaide vooral rond het niet moeten omgaan met naalden en van die dingen. Of hoe het soms keren kan.

darts-2-1240179-639x426

 

Geplaatst door

Ik ben Leen, gehuwd met een schat van een man en trotse mama van een zoon Len en een dochter Jits. Ik ben werkzaam als ergotherapeute in een woon-zorgcentrum. Eind juni 2018 kregen we het nieuws dat onze dochter diabetes Type 1 heeft. Het zette onze wereld even op zijn kop. Graag wil ik hier mijn ervaringen delen.